Gedrag

Normaal gedrag
Hoe vervult een varken nu zijn dag?
Een varken heeft 80% van de dag fiësta. Dit wil zeggen dat hij 80% van de dag aan het rusten is. De rest van de dag besteed hij aan eten, foerageren, drinken, poepen en plassen.

Afwijkend gedrag

Een varken kan ook afwijkend verdrag gaan vertonen. Hiermee bedoelen ze dat het varken zich anders gedraagt als anders. De oorzaak hiervoor kan zijn dat ze onvoldoende of verkeerde voeding binnen krijgen, stress, als ze op de tocht liggen of als ze zich vervelen. Het gedrag is gemakkelijk te herkennen. Vaak zie je dat ze aan elkaars staartjes of oren bijten, tegen elkaar aan gaan duwen of als ze gaan schuren.

Voortplantingsgedrag

Voortplantingsgedrag ontstaat doordat een zeug berig wordt. Dit houd in dat de zeug aangeeft dat ze vruchtbaar is. Je kunt dit gedrag herkennen aan verschillende signalen:
- Vulva wordt rood en gezwollen
- Vulva wordt vochtig
- De zeugen gaan elkaar bespringen
- De zeugen zullen onrustiger worden
- De zeugen hebben een sta-reflex en stijl overeind staande oren.
- De zeugen gaan knorren op een lagere, langgerekte en vrij zachte toon

Wat is nu eigenlijk een sta-reflex? Met een sta-reflex geeft een zeug aan dat ze gedekt kan worden. Ze zal niet meer weglopen als een beer haar wil bespringen of als een mens zijn hand op haar rug houdt. De zeug zal stokstijf met een gekromde rug blijven staan.
Materiaalgedrag:
Een zeug heeft zeker moedergedrag. Als de biggetjes uit haar tepels willen gaan drinken, zal ze zo gaan liggen dat ze er allemaal bij kunnen. Terwijl de biggetjes lekker aan het drinken zijn, hoor je de zeug zachtjes knorren.